Vandaag in de schijnwerpers Fleur Doets, 34 jaar en werkzaam op de Kindcentrum Willibrord in Heiloo. Daar werkt zij in de combinatiefunctie van onderwijsassistent met pedagogisch medewerker. Na haar opleiding tot onderwijsassistent, SPW4, belandde ze in het speciaal onderwijs waar zij ook onze nieuwe bestuurder Remco Prast van kent. Vanaf haar 19 jaar werkte ze 11 jaar lang met kinderen met gedragsproblemen, hechtingsproblematieken, autisme, maar ook met kinderen die met spoed uit huis werden geplaatst. Een intensieve en heftige tijd. Na 11 jaar was het echt genoeg geweest en belandde zij via via op de Willibrord, waar zij nu alweer 5 jaar werkzaam is. Haar werk is hier heel afwisselend, van één op één begeleiding van kinderen met een achterstand tot de buitenschoolse opvang twee middagen per week. En verder springt zij bij waar dat maar nodig is. Fleur kent het kindcentrum van binnen tot buiten en alle kinderen kennen Fleur. De hoogste tijd om eens te horen hoe zij dit allemaal klaarspeelt.
Fleur, Blosse heeft als slogan ‘Samen op zoek naar de twinkeling’. Waar gaan jouw ogen van twinkelen?
Je ziet bij mij een twinkeling als kinderen door de begeleiding die ik ze heb gegeven, een nieuwe vaardigheid onder de knie hebben gekregen. Het mooiste vind ik dan om te zien hoe trots ze daar zelf op zijn. Maar ik kan ook enorm genieten van de kleine dingen, een kleuter die iets grappigs vertelt, kinderen die vertellen dat ze je lief vinden, een dikke knuffel of een tekening, daar gaan mijn ogen van twinkelen. Ik word ook heel enthousiast als ik voor een thema in het kindcentrum een activiteit organiseer. Als dat dan succesvol verloopt en collega’s daar positief over zijn, dan word ik daar heel blij van.
Waar put jij inspiratie uit?
Ik haal mijn inspiratie uit cursussen maar ook uit collega’s. Iedere collega inspireert mij weer. Van de een neem ik dit mee en van de andere weer wat anders. In mijn vorige werk heb ik veel cursussen gevolgd op het gebeid van autisme. Onlangs volgde ik de cursussen Rekenlijn en Leespraat, dat is echt gericht op kinderen met het syndroom van Down. Dat kan ik nu goed gebruiken bij het meisje dat ik begeleid in groep 5.
Wat is in jouw ogen het belangrijkste om kinderen mee te geven in hun ontwikkeling?
Je mag zijn wie je bent, heb zelfvertrouwen, werk in je eigen tempo, daar is iets niets geks aan. Vaak komen de kinderen er ook wel, al is het met een omweg. Maar ook sociale vaardigheden en emotieregulatie vind ik heel belangrijk om mee te geven. In mijn werk help ik kinderen om samen te spelen, met frustratie om te gaan, wachten op je beurt, geven en nemen. Daar besteed ik de meeste tijd aan tijdens het buitenspelen en de buitenschoolse opvang. Dit zijn hele waardevolle vaardigheden voor kinderen.
Als iemand nog twijfelt om in de opvang of onderwijs te gaan werken, wat zou jij tegen diegene willen zeggen?
Als je dit wilt gaat doen, moet je een goed beeld van hebben wat het werk inhoudt. Je kunt een dagje meelopen zodat je voor jezelf een goed beeld van het vak kunt vormen. Pas dan kun je bepalen of je het leuk vindt of niet. Dat kan een ander je niet vertellen, je moet het echt ervaren. Wat dat betreft is het fijn dat er elk jaar meerdere keren een Blosse Beleving is. Dat is een mooie manier om het vak een beetje te proeven.